Demonstratieproject Earth, Wind & Fire (4)

Considerans

Het Earth, Wind & Fire concept voor natuurlijke airconditioning is zowel technologisch als sociaal een innovatieve ontwikkeling.

Technologisch:

  • Airconditioning zonder ventilatoren
  • Intramurale opwekking van windenergie in combinatie met zonne-energie
  • Energie neutrale en energiepositieve gebouwen worden mogelijk

Sociaal:

  • De architect wordt co-ontwerper van het klimaatsysteem en mede verantwoordelijk voor het energiegebruik en het binnenmilieu van gebouwen
  • De gebruiker op de werkplek wordt een betere binnenmilieukwaliteit in het vooruitzicht gesteld door een betere luchtkwaliteit, vermijding van tochtklachten en laagfrequent ventilatorgeluid.
  • De IEQ[1] wetenschap geeft aan dat op basis hiervan een hogere productiviteit op de werkplek mag worden verwacht.

Het concept van Natuurlijke Airconditioning op basis van Earth, Wind & Fire is met subsidie van het Ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, regeling EOS-LT, grotendeels uitontwikkeld en positief beoordeeld door deskundigen uit de bouw- en installatiewereld. Om het vertrouwen van de vastgoedsector in het concept te vestigen is het noodzakelijk een demonstratieproject te realiseren. Het probleem van de marktintroductie van een innovatief en baanbrekend concept in de overwegend conservatieve bouwwereld kan hierdoor effectief worden opgelost. Het zou voor de samenleving schadelijk zijn als het onderzoek eindigt met een fraai proefschrift dat in honderden boekenkasten staat te verstoffen.

Doel van het demonstratieproject is de herontwikkeling en revitalisering van een bestaand kantoorgebouw met behulp van architecturale en installatietechnische middelen waarbij de verouderde mechanische klimaatinstallatie wordt vervangen door natuurlijke airconditioning. Met behulp van een speciale dakvorm voor de benutting van de wind (het Ventecdak), een Klimaatcascade voor conditionering van de lucht, en een Zonnefaçade voor  het afzuigen van lucht en het oogsten van zonnewarmte wordt het gebouw getransformeerd in een “klimaatmachine”.

De resultaten van het demonstratieproject zijn de volgende:

  • Ervaring wordt opgedaan met de uitwerking van Earth, Wind & Fire concept, zowel projectmatig als technisch inhoudelijk.
    • Bovenstaande technologische en sociale claims worden getest waardoor de bouwwereld wordt overtuigd van de kwaliteiten van het concept.
    • De bouw- en installatie industrie zich kan oriënteren en voorbereiden op deze nieuwe ontwikkeling in de bouwwereld.

Gebouw gezocht

De natuurlijke luchtstromingen in het Earth, Wind & Fire concept komen tot stand door thermisch gedreven drukverschillen, waarvoor meestal een bepaalde minimum hoogte vereist is. Hoewel dit bepaald niet de exclusieve sector hoeft te zijn, is het onderzoek daarom gericht op kantoorgebouwen met een hoogte > 15 meter.

De kantorenvoorraad in Nederland is groot bij een, naar verwachting structureel afnemende vraag. Het ligt daarom voor de hand voor het demonstratieproject geen nieuwbouw te kiezen maar een bestaand kantoorgebouw, al dan niet in gebruik. Dit gebouw wordt bij voorkeur gekenmerkt door een hoog energiegebruik, een slecht binnenmilieu en een verouderde architecturale verschijningsvorm. Na revitalisatie op basis van het Earth, Wind & Fire concept wordt dit getransformeerd in een energieneutraal of energiepositief gebouw met een uitstekend binnenmilieu en een kenmerkende architectuur, het beeldmerk van EW&F.

Als demonstratieproject heeft dit gebouw bij voorkeur een niet al te ingewikkelde geometrie, een redelijk vrije ligging in een urbane omgeving en een hoogte > 15 meter. Gedacht kan worden aan een 10 verdiepingen hoog gebouw van bijvoorbeeld 10.000 m2 bvo.

Bouwpartners gezocht

Voor de herontwikkeling/revitalisatie van een dergelijk gebouw wordt een partner gezocht in kringen van projectontwikkelaars, aannemingsbedrijven, gebouweigenaren, vastgoedbeheerders e.d. Deze partner draagt enerzijds als early adaptor het risico dat inherent is aan innovatieve ontwikkelingen, maar profiteert anderzijds ook van de overheidssubsidie ter zake –zie hierna. Door gebruik te maken van de gevalideerde rekenmodellen die in het onderzoek zijn ontwikkeld is het risico overigens gering. De advisering en begeleiding van het project door de hoofdonderzoeker van EW&F staat verder garant voor minimalisering van het risico.

De realisering van dit tot de verbeelding sprekende innovatieve project zal veel publiciteit opleveren waardoor de bouwpartners hun positieve imago zullen versterken. Bedrijven kunnen hierdoor een verbetering van hun markpositie realiseren.   

Financiering

Voor de investeringskosten van het demonstratieproject kan een beroep worden gedaan op de subsidieregeling van het ministerie van Economische zaken, uitgevoerd door Agentschap NL en TKI EnerGO (Topconsortium voor Kennis en Innovatie voor Energiebesparing in de Gebouwde Omgeving)

Deze regeling maakt onderscheid tussen fundamenteel onderzoek, industrieel onderzoek en experimentele ontwikkeling.

•             Fundamenteel onderzoek (FO) omvat experimentele of theoretische activiteiten die voornamelijk worden verricht om nieuwe kennis te verwerven over de fundamentele aspecten van verschijnselen en waarneembare feiten, zonder dat hiermee een rechtstreekse praktische toepassing of gebruik wordt beoogd. Het maximum subsidiepercentage is 100%.

•             Industrieel onderzoek (IO) omvat het verwerven van nieuwe technische en wetenschappelijke kennis met het doel deze te gebruiken bij de ontwikkeling van een nieuw product, proces of dienst, of om bestaande producten, processen of diensten aanmerkelijk te verbeteren. Die kennis is deel van het resultaat van het project. Het maximum subsidiepercentage is 60%.

•             Experimentele ontwikkeling (EO) staat dichter bij de markt en heeft betrekking op de verwerving,  combinatie en vormgeving van bestaande wetenschappelijke, technische, zakelijke en andere relevante kennis en vaardigheden voor plannen, schema’s of ontwerpen ten behoeve van  een nieuw, gewijzigd of verbeterd product, proces of dienst. Hieronder valt ook het maken van ontwerpen, tekeningen, plannen en andere documentatie, mits zij niet voor commercieel gebruik zijn bestemd. Binnen ontwikkeling valt dus de fabricage van een eerste prototype en het testen daarvan, voor zover het prototype niet voor industriële toepassing of commerciële exploitatie kan worden gebruikt of geschikt gemaakt. Het maximum subsidiepercentage is 40%.

Bij een demonstratieproject gaat het om het aantonen in een realistische gebruiksomgeving van het functioneren van een, voor Nederland, eerste toepassing van een nieuwe of vernieuwende technologie, functie, aanpak of een nieuw of vernieuwend systeem. Het kan ook gaan om een toepassing van een combinatie van nieuwe en bestaande technologie . Dit kan worden gecombineerd met een (nieuwe) aanpak van de maatschappelijke, niet-technologische factoren die een rol spelen bij de toepassing van deze nieuwe technologie. Het gaat om projecten met een maatschappelijk, technisch en/of economisch risico. De maximum subsidie is 40% van de extra investeringskostenkosten.

De minimale samenwerkingseis is: 1 onderneming + 1 onderzoeksorganisatie. De minimale bijdrage van de onderneming is 40%. Het maximum subsidiebedrag is 1 miljoen Euro.

Het plan voor een demonstratieproject is reeds besproken met TKI EnerGO en Agentschap NL en wordt in principe positief gewaardeerd. De uiterste datum voor indiening van een subsidieaanvraag is 19 september 2013. Naar verwachting zal in 2014 een nieuwe mogelijkheid worden opengesteld.

 

[1] IEQ = Indoor Environmental Quality